Beschrijving
Professioneel meetinstrument met uitgebreide voorzieningen en groot meetbereik. Het toestel GHM 3651 meet het zuurstofaandeel in vloeistoffen, meestal in water. Van de vele meetfuncties noemen we in kort bestek: O2-concentratie, O2-verzadiging, O2-partiaaldruk, temperatuur en luchtdruk, waarbij de meetwaarden vanzelf worden gecorrigeerd voor temperatuur, luchtdruk en saliniteit. Voor het meten op grotere diepten is als optie een elektrode met 10, respectievelijk 30 m lange meetkabel leverbaar. Extra voorzieningen voor het meten op diepte zijn een beschermkap en stromingsverdeler. Het toestel wordt gebruikt om de waterkwaliteit te bepalen in bassins van viskwekerijen, aquaria en overal in het milieu waar dit van toepassing is.
Opgelostezuurstof, DO of Dissolved Oxygen is een relatieve maat voor de hoeveelheid zuurstof die is opgelost of opgenomen in een bepaald medium en wordt, onder andere, gemeten met een sensor voor de partiële zuurstofdruk. De partiële druk van zuurstof in de buitenlucht is 21% van de totale (lucht-) druk. Als we de andere gassen weg zouden nemen, zoals stikstof, dan blijft er maar 0,21 hPa over. Ook voor ander media, zoals aarde, zeewater, oppervlakte water en bloed is het zuurstofgehalte een belangrijke gegeven. Zuiver water kan bij 25°C ca. 8 mg/l zuurstof opnemen (verzadiging met lucht).
In het milieu is het zuurstofgehalte van belang voor de duurzaamheid van bepaalde ecosysteem. Door verschillende factoren kan onvoldoende zuurstof (milieuhypoxie) optreden in vijvers, sloten, meren en rivieren. Zuurstof wordt door algen en waterplanten geproduceerd (overdag) en aan het wateroppervlak uit de lucht opgenomen. Het gebruik van de zuurstof geschiedt door de vissen zelf, echter ook door biologische afbraak-/verteringprocessen, zoals bijvoorbeeld door afgestorven planten en algen, visvoer en uitwerpselen.
Andere factoren, die de zuurstofconcentratie wezenlijk beïnvloeden zijn de temperatuur (koud water kan meer zuurstof opnemen dan warm water) en het zoutgehalte (zout water kan minder zuurstof opnemen dan zoet water). De meeste problemen als gevolg van zuurstofgebrek treden op in de zomer. Juist in voedingsrijke wateren produceren algen bij zonlicht veel zuurstof. Hierdoor kunnen gemakkelijk meetwaarden voorkomen die ver boven de gebruikelijke verzadiging uitkomen. Het effect is echter slechts van voorbijgaande aard en misleidend! Het warme water kan in het donker de geproduceerde zuurstof niet vast houden, daarbij komt dat door de algenvegetatie veel vervuilend organisch materiaal wordt aangemaakt, wat het zuurstofgehalte snel doet afnemen. Vaak wordt dit in de zomer nog versterkt door lage waterstanden, weinig uitwisseling en/of stroming.
Aanbeveling bij het gebruik van opgelostezuurstofmeters
Voordat men gaat meten dient een „luchtkalibratie“ te worden uitgevoerd, de meting zelf dient te geschieden onder voortdurend roeren of heen-en-weergaan van de elektrode. Wees er op bedacht, dat een scheiding van zuurstofgehalten in bepaalde wateren niet ongewoon is. Op de bodem is in extreme gevallen geen zuurstof meer beschikbaar, terwijl aan de oppervlakte juist hoge waarden worden gemeten. Daarom dient men voor een meting een representatieve locatie te zoeken.
COM-poort omvormer voor communicatie met PC:
USB 3100 COM-poort omvormer GMH 3xxx <=> PC, voor een galvanisch gescheiden verbinding van een GMH 3xxx aan de USB ingang van de PC. (omvormer voedt zich uit de poort van de PC)
Software voor GMH 3651:
EBS 20M, meetwaardenregistratie, 20 kanalen